Waar economie het hart raakt

Promotie

Oei, wat schrik ik soms van de wetenschap! Vandaag las ik bijvoorbeeld over dit – ik moet toegeven – opvallende proefschrift van econoom Sjoerd van Alten. Hij toont aan de hand van genetische data aan dat er een verband bestaat tussen genetische eigenschappen en welvaart. Welvaart zit dus gewoon in je. Of niet.

Mensen uit welvarende gezinnen hebben dus aantoonbaar genetische eigenschappen die mogelijk te maken hebben met een hoger IQ, meer ambitie en betere focus.

Van Alten heeft het over ‘genetic nurture’ omdat welvarende ouders hun kinderen daarnaast ook meer mogelijkheden meegeven, zoals bijscholing en een handig netwerk. Ja, die ‘nurture’ geloof ik zonder meer, maar ik heb moeite met de genetische, kennelijk aangeboren component in zijn verhaal.

Welvaart geef je dus gewoon door. Arme, domme, carrièreloze sloebers zoals ik kunnen er dus ook niets aan doen. We komen nu eenmaal uit van oudsher minder welvarende gezinnen met slechte genenpakketten…

Hou me ten goede. Ik bewonder zeer de moed van deze promovendus om economisch onderzoek te koppelen aan grote gendatabases, maar ik heb toch veel moeite met dit soort gevolgtrekkingen. Die kunnen stigmatiserend werken voor talentvolle mensen met een minder gunstige economische achtergrond en daar komt mijn economische hartsgevoel in opstand.

Wat ik me stiekem afvraag is of je genen niet beïnvloed worden door een welvarend bestaan. Zo’n welvarend leven gaat vaak over van generatie op generatie en in hoeverre beïnvloeden nature en nurture elkaar dan?

Dat maffe idee rijmt weer wél met de harteconomie, want dat zou betekenen dat hoe meer mensen in welvaart leven, hoe duurzamer die welvaart wordt… Ik denk naar aanleiding van conclusies uit wetenschappelijk onderzoek vaak dat je eigenlijk nét even verder moet dóórdenken. Maar pas op: vanwege mijn genetische koker moet je mij misschien minder serieus nemen dan je zou willen…

Plaats een reactie