Waar economie het hart raakt

Wijsheid & geluk

Terwijl universiteiten en hogescholen in Nederland tegen immense bezuinigingen demonstreren, holt de kwaliteit van het onderwijs in Nederland achteruit. We hebben een arbeidsmarkt die schreeuwt om ‘handjes’, bijvoorbeeld in de zorg en in technische beroepen, maar ouders willen hun kinderen op het vwo, of op zijn minst de havo hebben, want dat geeft meer kansen en status… Wetenschappelijk en hoger onderwijs beweegt zich weer naar de happy few die het financieel kan opbrengen en wordt daarmee meer een broeinest voor vervreemding dan een levende kweekvijver voor mensen die dingen bedenken waar we verder mee komen…

Niet echt een vrolijk beeld en het klopt ook niet met wat op dit moment zo nodig is: een maatschappij met zoveel mogelijk diversiteit – om maar eens woord te gebruiken dat vies dreigt te worden – in mogelijkheden en gelijkwaardige segmenten die in alle vrijheid goed verbonden zijn. Staan we misschien op een kruispunt en kunnen we nu in alle wijsheid kiezen voor de klaarstomende gehaktmolen van Pink Floyd of de weg naar iets wat gewoon geluk brengt?

Goed, toegankelijk onderwijs en ruim de tijd en gelegenheid om dat te volgen, verandert lood in goud. Het brengt vernieuwing, nieuwe gedachten, nieuwe woorden, nieuwe daden en is onontbeerlijk voor een bloeiende economie, maar belangrijker nog: onderwijs brengt geluk. Onderwijs geeft handen en voeten aan het waarmaken van onze diepste dromen. Onderwijs hoort niet bedoeld te zijn om mensen vast te zetten op een plek waar ze niet volledig tot hun recht komen.

Voor wie kan lezen, schrijven en rekenen – op een redelijk niveau en al dan niet met hulpmiddelen – openen zich talloze mogelijkheden om zich verder te ontwikkelen. Wie zichzelf laat onderwijzen, passend bij dromen, wensen en capaciteiten, maakt zich met passie en plezier een beroep eigen. Wie leert te praten en redeneren kan opkomen voor zichzelf en anderen. Wie de geschiedenis kent, kan dromen over en werken aan een nieuwe toekomst. Wie kennis heeft van wat zich op aarde afspeelt, heeft altijd een reisgids en een inspiratiebron bij de hand. Wie leert uitdrukken wat in het hart omgaat, kan tallozen een nieuw perspectief op het leven zelf geven.

Onze natuurlijke intelligentie is iets wat zich hoort te ontwikkelen. Kunstmatige intelligentie is bepaald niet behulpzaam als deze niet primair gevoed wordt door die van onszelf, van ons allemaal.

Met goed onderwijs creëer je levensgeluk en vitaliteit. Dat mag iets kosten, wat niet betekent dat alles altijd in financiële zin duur hoeft te zijn… Een ding is zeker: als je stopt met investeren in onderwijs, breng je stilstand en achteruitgang in alle gelederen van de samenleving.

In de harteconomie heeft onderwijs altijd prioriteit. In de harteconomie maakt het geen wezenlijk verschil of je een beroepsopleiding volgt of naar de universiteit gaat. Je inkomen is maar gedeeltelijk afhankelijk van het beroep dat of de beroepen die je uitoefent. Kinderen krijgen een solide basis, waarbij een verplichting waarschijnlijk voorlopig een noodzaak blijft. Maar verder is onderwijs zoveel mogelijk iets wat je hele leven een valide optie blijft en wat je ook kunt volgen in de praktijk of – als dat geschikt is voor jou – in de vorm van zelfstudie. Dus als je gestudeerd hebt, kun je altijd nog de kans grijpen met je handen te gaan werken en als je je eerder gericht hebt op praktisch onderwijs, dan kan de wetenschap nog steeds aan je voeten liggen.

Wie lesgeeft wordt in de harteconomie passend beloond, krijgt ruimte en wordt dan ook niet gedwongen om zich ook met bijvoorbeeld wetenschappelijk onderzoek of met managementtaken bezig te houden…

In de harteconomie wordt van het begin af aan duidelijk gemaakt dat ‘toetsing’ niets te maken heeft met jou als persoon, maar slechts met jouw geschiktheid om een bepaalde richting in te slaan.

In de harteconomie gaat het basisonderwijs dan ook over meer vaardigheden dan alleen ‘hoofdzaken’, maar ook over ‘handzaken’, zoals creativiteit, wonen, huishouden en techniek en ‘hartzaken’ zoals ethiek en menselijke waarden.

De vraag is natuurlijk: hoe ontwikkel en organiseer je zo’n prachtig systeem, dat nu sterker dan ooit een utopie lijkt? Als je het hebt over kosten: in de harteconomie geldt dat een grotere toegankelijkheid de waarde, de opbrengst, vergroot.

Als je het hebt over vrije ontwikkeling van individuen, dan mag een centrale overheid hierin niet absoluut de touwtjes in handen hebben, zolang ‘overheid’ niet synoniem is voor ‘gemeenschap’ en niet iedere burger bij alle besluitvorming wordt betrokken…Verder lijkt een basisinkomen (met een daaraan gekoppeld maximum vermogen) voor deze droom een absolute voorwaarde.

In de harteconomie staat het ook iedereen vrij om ideeën aan te vullen of af te breken of nog iets veel mooiers te bedenken. Kom maar op, lezer!

Plaats een reactie